Rasstandaard van de Shiba:
FCI-Standaard N 257
meer info: http://www.fci.be
De Shiba moet bovenal Kan-I, Ryosei & Soboku vertonen in uitstraling, karakter en omgang!
Hoofd | Breed voorhoofd, goed ontwikkelde wangen, matige stop met lichte groef. |
Ogen | Naar verhouding klein, driehoekig, buitenste ooghoeken schuin omhoog, donkerbruin van kleur. |
Oren | Naar verhouding klein, driehoekig, licht naar voren hellend en recht. |
Gebit | Scharend |
Hals | Stevig en dik in verhouding met hoofd en lichaam. |
Lichaam | Sterke rechte rug. Brede, gespierde lendenen. Diepe borst, ribben matig gebogen. Buik goed opgetrokken. |
Ledematen | Schouders matig gehoekt, ellebogen goed aangesloten. De voorbenen zijn van voren gezien recht. Middenvoet enigsins schuin. Lange bovendij, korte onderdij, maar goed ontwikkeld. Krachtige en stevige spronggewrichten. Tenen goed aaneengesloten. Harde nagels en liefst donker van kleur. |
Staart | Hoog aangezet, dik, gekruld of sikkelvormig gedragen. De punt van de omlaag gebogen staart reikt tot aan het spronggewricht. |
Vacht | Het dekhaar is hard en recht, het ondervacht zacht en dicht. Aan de staart is het haar iets langer en uitstaand. |
Kleur | Rood, Black and Tan, Sesam, Rood/Sesam en Zwart/Sesam. Alle kleuren met "Urajiro"; een witachtige aftekening aan de zijkanten van voorsnuit en wangen, aan de onderkant van de kaak, hals, op borst en maag en aan de onderkant van de staart,binnenkant benen. |
Schofthoogte | Reuen 40 cm en teven 37 cm. Een afwijking naar boven en naar beneden van 1,5 cm is toegestaan. |
Fouten | Iedere afwijking van bovenstaande standaard zal door FCI, en zijn leden, als serieuze fout gezien worden. Vrouwelijke lijkende man, mannelijk lijkende vrouw. Ondervoor- en bovenvoorbijter. Missende tanden. Angst. |
Diskwalificerende fouten |
Hangende oren. Hangende of te korte staart. |